Op 8 mei 1956 speelt een klein maar ambitieus theatergezelschap in het
Londense vestzaktheater “Royal Court” voor het eerst een stuk van de dan totaal
onbekende theaterschrijver John Osborne. Met “Look back in anger” gaat de jonge
Osborne frontaal in de aanval tegen het gezapige Britse theater van net na de
Tweede Wereldoorlog. Maar achter het bravado van zijn nieuwe working class
realisme worstelt Osborne met autobiografische demonen.
Look back in anger
is het verhaal van de 25-jarige Jimmy Porter en zijn vrouw Alison. Samen met de
goeiige Welshman Cliff betrekken ze een zolderappartement in een grauw Brits
industriestadje. Met Cliff als enige toeschouwer voeren Alison en Jimmy hun
dagelijkse drama op. Jimmy, een selfmade intellectueel die zich laat voorstaan
op zijn working class – ethos, werkt
zijn frustraties uit op zijn vrouw, die hij enkele jaren eerder ontrukt heeft
aan haar upper-class milieu. Het
koppel leeft samen in een sfeer van gewapende vrede: de minste aanleiding is
voor Jimmy genoeg om in een tirade te ontsteken tegen zijn vrouw en alles waar
ze voor staat. Ze lijken enkel tot affectie in staat door in de rol te kruipen
van de knuffels die ze op de vensterbank hebben staan: in de zeldzame momenten
waarop Alison de sierlijke eekhoorn, en Jimmy de grommende beer speelt, is er
plaats voor harmonie.
Het evenwicht in huis wordt grondig verstoord wanneer
Alisons vriendin, de repertoire-actrice Helena, voor een tijdje bij de Porters
intrekt. In Helena vindt Jimmy voor het eerst een waardige tegenstander; Cliff
en Alison laten zich nog te gemakkelijk door Jimmy de mond snoeren, maar Helena
bijt al eens terug. Wanneer Alison zwanger blijkt te zijn, besluit Helena
Alisons ouders in te lichten, om haar aan haar man te helpen ontsnappen. Het
zal Helena en Jimmy niet beletten om, na een vlammende ruzie, een affaire met
elkaar te beginnen. Tot Alison onverwacht terugkeert.
Doorheen de jaren hebben de eerste opvoeringen van Look back in anger een mythische status
gekregen, waarbij de historische waarheid over het initiële succes van het werk
wat geweld wordt aangedaan. Dat neemt echter niet weg dat het stuk effectief
een schokgolf door het naoorlogse Britse theaterlandschap jaagt. It
isn’t hard to see why.
Eetkamerdrama
Het Britse repertoiretheater is in de jaren na de Tweede
Wereldoorlog niet wat je noemt een inspirerend gebeuren. Het Londense West-End,
het centrum van het commerciële theater, lijkt vooral te willen aansluiten bij
de vooroorlogse traditie. Namen als Terrence Rattigan en Noel Coward maken er
de dienst uit. Keurig melodrama heeft de voorkeur. Steevast is de setting de
woonkamer van een deftig middenklassehuis in een niet nader benoemde voorstad
(door criticasters schertsend Loamshire
genoemd), waarbinnen de protagonisten met stiff
upper lip hun intriges uitvechten. In de provincie dragen reizende
repertoiregezelschappen die thematiek en vormtaal verder uit.
Wanneer Osborne zijn pijlen richt op die traditie, doet hij
dat met kennis van zaken. Vooraleer de Londense English Stage Company hem onder de vleugels neemt, heeft hij er
een decennium opzitten als acteur en manager in uitgebluste
repertoiregezelschappen die eindeloze tournees ondernemen doorheen de Britse
provincie. Osborne kent de zwakke plekken van het genre door en door; hij heeft
ze met eigen ogen kunnen vaststellen, hij heeft ze, met een houding tussen
cynisme en gelatenheid, voor een klein deel mee geïncarneerd als acteur. Osborne
betaalt zijn leergeld cash; hij schrijft en brengt begin jaren ’50 zonder veel
succes enkele juvenalia. In 1955 schrijft hij echter in enkele weken tijd, Look Back in Anger, dat tot zijn eigen
stomme verbazing wordt opgepikt door Royal Court theatre.
Angry and … helpless
Het Britse theaterlandschap zal nooit meer hetzelfde zijn. Nochtans
blijft het theaterstuk ver weg van de brechtiaans geïnspireerde vormvernieuwing
en vervreemdingseffecten die elders in Europa en de Verenigde Staten door het
theater woelen – al zal Osborne ze in latere stukken wel tot de zijne maken. Look back in anger is, althans wat de
compositie betreft, een klassieke drie-akter in de realistische traditie. Osbornes
revolutie is een kwestie van taalgebruik en stijl, van decor en subject matter, niet zozeer van vorm.
De elementen van het toneelstuk zijn afwijkend, maar
tegelijkertijd herkenbaar genoeg om Osbornes revolutie aanschouwelijk te maken
bij het publiek. De setting, een morsige zolderkamer in de Midlands, is een
travestie van de klassieke opgeruimde huiskamer waaraan het repertoire-publiek
zich verwacht – en net daardoor raken de toeschouwers zo van de kook. Zelfs Allisons zwangerschap is, ondanks de
noodlottige afloop, een klassieke trope
uit het repertoiretheater. Osborne bevecht de traditie door te opteren voor de
subversie van elementen die duidelijk de vormtaal van het vermolmde Britse
repertoiretoneel echoën. Hij zet de revolte nog extra in de verf door Helena
neer te zetten als een actrice die carrière probeert te maken met dat soort
theaterstukken.
Ook het loutere feit dat Osbornes personages niet allemaal
tot de midden – of opperklasse behoren – met uitzondering van Allison en
misschien Helena – is anno 1956 voldoende om een rel te veroorzaken. Volgens de
legende was de loutere aanblik van de strijkplank waarachter Allison staat aan
het begin van het stuk, voldoende om voor verontwaardiging te zorgen;
dergelijke dagdagelijkse attributen hadden geen plaats in het decor. De
socio-kritische overtonen van de revolutie die Look Back in Anger teweeg brengt, zijn niet te onderschatten.
Huis clos
De klassenstrijd onder het mansardedak is in Look Back in Anger echter niet zozeer een sociaal-economische, maar wel
een psychologische strijd. Osborne reserveert het podium voor zijn
hoogstpersoonlijke huis clos,
voortgestuwd door Porters erupties van vitriool. Het feit dat het hele stuk
zich in één en dezelfde kamer afspeelt, vaak op landerige zondagnamiddagen
waarop zelfs de pub niet open is, versterkt nog die indruk van not getting anywhere: daarbuiten, zo
wordt gesuggereerd, is er toch niets te beleven, in het uitgeputte
Groot-Brittannië van de jaren ‘50. De peripetieën in het verhaal – Jimmy en
Cliffs wedervaren op de markt, de dood en begrafenis van Mrs. Tanner, Allisons
miskraam - spelen zich niet op de bühne
af, maar worden via omwegen in het stuk binnengesmokkeld; de tekst bevat een
hele hoop expository dialogue.
De benauwde setting waarin Jimmy Porter loos gaat, zorgt
echter ook voor een van de zwakkere punten van het stuk. Kritische lezers zien Look back in anger vaak niet als een
coherent toneelstuk, maar een opeenvolging van histrionische, meedogenloze monologen
van een losgeslagen hoofdpersonage. De andere personages krijgen, op Alisons
slotmonoloog na, amper de tijd om te ademen. Wie met het stuk aan de slag wil,
wordt dan ook geconfronteerd met de moeilijkheid dat een al te gretige
hoofdacteur zijn medespelers als het ware van het podium speelt. Osborne zelf
was verheugd over de opvoering die Judi Dench in 1989 realiseerde, met Kenneth
Branagh als een opvallend kwetsbare Jimmy Porter. “He’s the first one to take the rant out of
Jimmy Porter,” liet Osborne zich ontvallen. Maar hoe summier de
karaktertekening van de andere personages ook is, met enige handigheid zijn ze
op andere manieren tot leven te brengen dan de wel erg passieve rol die ze
louter tekstueel toegemeten krijgen. In modernere opvoeringen wordt immers
duidelijk dat Alison haar stilzwijgen op cruciale momenten in het verhaal als
een efficiënt wapen gebruikt; klassenoorlog en strijd der seksen lopen onder
het mansardedak al eens door elkaar.
Bovendien kan de toeschouwer zich niet van de indruk ontdoen
dat de verzoening aan het einde slechts van korte duur zal zijn. Jimmy en
Alison komen slechts nader tot elkaar in een laatste spelletje
eekhoorns-en-beren, en het doek valt. Je kunt je als kijker niet van de indruk
ontdoen dat je slechts toeschouwer bent geweest bij één, weliswaar bewogen,
episode uit dit destructieve huwelijk.
The original angry young man
Wie met Look back in
anger aan de slag wil, kan niet voorbij aan de autobiografische twist van
het toneelstuk. Jimmy Porter en John Osborne zitten elkaar bij momenten dicht
op de huid. De naam van het hoofdpersonage geeft al veel weg. Een tak van
Osbornes familie aan moederszijde droeg de naam Porter. James (“Jimmy”) is
Osbornes middelste naam; in zijn lagereschooltijd signeert hij de omslag van
zijn schoolboeken als J. James Osborne. En Jimmy Porters denkbeelden over de
stugge klasseverhoudingen in het naoorlogse Engeland lijken wel erg letterlijk
op de denkbeelden van een zekere J. Osborne.
Sommige scènes tussen Jimmy en Allison zijn bovendien gebaseerd
op episodes uit Osbornes wankele eerste huwelijk met de actrice Pamela Lane (Osborne
zou in totaal vijf keer trouwen). Net zoals het echtpaar Porter, vechten
Osborne en zijn eerste echtgenote jarenlang een bittere klassenstrijd uit,
intussen verwoed proberend om aan de bierkaai te ontsnappen. Ook de plannen van
Lane’s familie om Osborne te compromitteren vinden hun weg naar de tekst.
Osborne smokkelt echter ook zijn persoonlijke trauma’s in
het stuk. Als kleine jongen was hij getuige van de langgerekte doodsstrijd die
zijn vader leverde ten gevolge van tuberculose. De gebeurtenis, en vooral de
botte manier waarop zijn familie de zaak afhandelt, tekent Osborne voor de rest
van zijn leven. Osbornes persoonlijke trauma vindt zijn weg naar de tirades van
Jimmy Porter: wanneer Jimmy moet merken dat Alison steeds meer onder Helena’s
invloed komt te staan, lijkt zijn anders onvermoeibare talent voor tirades stil
te vallen. In een lang terzijde vertelt Jimmy over de maanden die hij
doorbracht aan het sterfbed van zijn vader. Osborne en Porter spreken op dat
ogenblik als het ware uit één mond: “I learned at an early age what it was to
be angry. Angry and helpless,” besluit een uitgeputte Jimmy. Het is meteen een
van de weinige ogenblikken in het hele theaterstuk waarin de toeschouwer een
verklaring kan vinden voor Porters manische woede.
Maar niet alleen in de tekst, ook in de realisatie van het
stuk lopen de levens van Osborne en zijn creaties weleens door elkaar. Wanneer
het stuk in première gaat, is Osborne zelf zowaar reserve-acteur voor het
personage van Jimmy Porter. Later wordt de verhouding tussen biografie en
toneelstuk nog vreemder, wanneer Osborne trouwt met actrice Mary Ure: de
schrijver van Look Back in Anger
trouwt met de vrouw die in het stuk de rol opneemt van Alison, voor wie zijn
eerste echtgenote model stond. En Pamela Lane zal jaren later de rol aangeboden
krijgen van Helena: om Alison te spelen – nochtans het personage dat op haar
gebaseerd is - wordt ze niet geschikt
bevonden.
Osborne wordt gebombardeerd tot Original Angry Young Man,
een rol die hij met verve zal blijven vervullen tot aan zijn dood op kerstavond
1994. Op dat ogenblik is Osborne al jaren uit de mode bij het Britse
theaterpubliek. Maar zijn impact op het naoorlogse theater is nauwelijks te
onderschatten.
Further Reading:
John Osborne: Look Back In Anger, London, Faber & Faber, 1957
Osborne, John (1982). A Better Class of Person:
An Autobiography, 1929-56 (paperback edition). Penguin Books Ltd. ISBN
978-0-14-006288-5.
Osborne, John (1991). Almost a Gentleman: An Autobiography, 1955-66
(paperback edition). Faber & Faber. ISBN 0-571-16635-0.
Heilpern, John: A Patriot for us, Vintage, 2006 (biografie)
Richardson, Tony : Look back in anger; film
gebaseerd op het toneelstuk, uit 1958. Met Richard Burton, Mary Ure en Claire
Bloom